"Via bothies (en met tent) langs de westkust van Schotland"
Net als in 2017 hadden we ook nu het boek "The Scottish Bothy Bible" geraadpleegd en zo een tocht uitgezocht die ons langs de westkust van Schotland zou voeren en wel door de regio Knoydart. Naast deze gids is het recent uitgekomen "Cape to Cape" van John Sutcliffe een absolute aanrader. Weliswaar is maar een gedeelte van de gids van toepassing op deze route maar wel fantastisch beschreven en vol nuttige informatie.
Knoydart is een schiereiland aan de westkust van Schotland en staat bekend als 'Britain's Last Wilderness'. Afgesneden van het wegennet is de regio alleen bereikbaar per boot of te voet. Het is een echt ongerepte hoek van Schotland, vandaar wellicht de naam "Rough bounds of Knoydart". Ook hier wilden we overnachten in Bothies. Niet alle etappes lieten dit echter toe zodat de tent mee moest (wat sowieso verstandig is omdat je nooit weet wat je onderweg aan moeilijkheden tegen kunt komen) om zo de nacht droog door te kunnen brengen.
Deze tocht is gelopen in de periode van 23 oktober tot en met 3 november 2018. De reden om zo laat in het jaar deze tocht te gaan maken was ingegeven door het feit dat het jachtseizoen (stalking season) loopt tot 20 oktober en een aantal bothies dan niet beschikbaar zijn.
De totale lengte van deze route is ongeveer 122 kilometer lang met zo'n 3500 hoogtemeters.
Naast
het geschreven
verslag van onze tocht
langs de westkust hebben we nu ook ons (niet
bedoeld) filmverslag op de website geplaatst.
Niet bedoeld in die zin dat Eduard
onderweg met zijn camera ook kleine filmpjes heeft gemaakt maar
niet met de bedoeling dat we hier later een geheel filmverslag van
zouden gaan maken.
Maar nadat we alle foto's hadden verwerkt kwamen we tot de
conclusie dat we best wel veel "filmmateriaal" tot onze beschikking
hadden en ik zei toen tegen Eduard dat ik wel eens een poging wilde
gaan doen om deze filmpjes tot een geheel te laten samen
smelten.
Dit lukte uiteraard niet in één keer. Zeker niet, maar uiteindelijk
geeft deze film toch wel een aardig beeld van deze
trektocht langs de Schotse Westkust. Er zitten zeker wel wat
"hak op de tak" momenten in want zoals gezegd heeft Eduard niet
gefilmd met als doel om een verslag te
maken.
U zult ook zien dat Eduard inderdaad diegene is die veelal gefilmd heeft want ik, René, ben meestal in beeld, waarvoor excuses.
De duur van het filmpje is zo'n 25 minuten.
Veel plezier !
Note : voor de
achtergrondmuziek in deze video hebben we gebruik gemaakt van
de muziek op
: https://www.bensound.com/royalty-free-music
Wat zijn bothies?
Een bothy is een basic shelter of schuilhut. Ze staan in de meer afgelegen delen van vooral Schotland, maar ook enige in Noord Engeland en Wales. Het zijn eenvoudige huisjes die dienen als schuilplaats en bieden verder zo goed als geen faciliteiten.
De meeste bothies zijn stenen gebouwen, veelal verlaten boerderijtjes. Deze worden speciaal onderhouden door de Mountain Bothies Association om als schuilhut gebruikt te kunnen worden. Belangrijkste functie van een bothy is dat ze water- en winddicht is en dat het een droge plek biedt om te slapen.
Sommige bothies
hebben wel een (houten) verhoging waarop je kunt slapen. Maar je
ligt vaak op de houten of betonnen vloer. Een slaapmatje en
slaapzak moet je dan ook altijd meenemen. Matrassen en dekens zijn
afwezig.
Voor meer info omtrent de uitrusting
: zie Checklist. Tevens hebben we de
zg. Bothycode geplaatst.
De volgende
wandelkaarten hebben we voor deze tocht gebruikt :
Ordnance Survey kaarten : 33 Loch
Alsh, Glen Shiel & Loch Hourn en 40 Mallaig &
Glenfinnan
* Onze wandelroute
* Copyright Google Maps i.o.m. Viewranger.com
* Dag 1: Inverness - Cluanie Inn (bus) - Camban Bothy (Grid Ref: NH 053 184)
Afstand : 14 km / Stijging : 268 mtr
©Crown copyright 2022 Ordnance Survey. Media
065/22
Nadat we waren
aangekomen in Inverness hebben we nog wat laatste inkopen
gedaan, een laatste bom met calorieën naar binnen gewerkt en
vervolgens nog een ronde door de stad
gemaakt. De nacht hebben we doorgebracht in de YH
van Inverness.
* Start :
Inverness
De
volgende ochtend namen we de bus van 08.10 richting Kyle of
Lochalsh. Onze stop was de Cluanie Inn, een herberg gelegen aan de
A87 tussen de Five Sisters en de Kintail Ridge - 2 heuvelruggen
links en rechts van de weg richting Kyle.
Rond 10.00 kwamen we aan en op de parkeerplaats van de Inn en
moesten we helaas gelijk de regenkleding aantrekken. Vanaf de
herberg dienden we eerst zo'n 1,5 kilometer oostwaarts te lopen
langs de A87 om bij het begin te komen van de aanvangs brede
gravelweg in de richting van de Altbeithe YH. Deze jeugdherberg,
die alleen te voet is te bereiken is, was gesloten maar de
voetbrug over de River Affric ligt pal voor de deur van de
hostel.
* Van asfalt naar gravel naar
ongebaand....
Het pad
ging geleidelijk omhoog, wat wel prettig was met zo'n 20 kilo op de
rug, en volgde de An Caorann Mor aan de oostzijde van de vallei.
Opvallend dat zoveel lichtgewicht spullen uiteindelijk toch de 20
kilo aantikt ! Wat ons ook meteen weer opvalt zijn de vele
bruine, gele en okertinten in de Highlands in de herfst. De kleur
groen zie je nog sporadisch.
Het behoorlijke pad eindigde na een
kilometer of drie. Vanaf hier werd het onduidelijke pad erg drassig
- we liepen eigenlijk continue in een plas met water - en even
verderop overschreden we het hoogste punt van de dag
gelegen op zo'n 400 meter hoogte. Al snel zagen we de eerste
herten van deze wandeltocht en in de verte hoorden we het burlen
van de Stags - de mannetjes Edelhert. Een magnifiek geluid die
ons gedurende alle dagen zou begeleiden.
* De vallei op weg naar Alltbeithe YH
en Camban bothy
Het
werd allengs natter en moerassiger naarmate we dichter bij de brug
kwamen over de River Affric. Kort voor de brug stuiten we op een
omheining en even zien we geen optie om hier over heen te
komen.....wat gek is met een brug zo kort voor onze neus. Maar iets
verderop zien we een mogelijkheid om via een houten trap de
omheining te overschrijden en we gaan de brug over richting de YH.
De YH zou gesloten zijn maar er stond toch een Landrover voor
de deur.
* Drassige grond op weg Alltbeithe
YH
Nieuwsgierig als we zijn besloten we om even een
kijkje te gaan nemen en nadat we aangeklopt hadden werd er open
gedaan door een vriendelijke jongeman die bleek te werken voor
de National Trust
for Scotland, een
organisatie die een groot aantal zaken beschermen zoals parken
en tuinen, munro's, erfgoedsites, natuurreservaten en meer.
Zij waren hekwerken aan het herstellen en bijna klaar met hun werk.
De mannen hadden een aantal dagen verbracht in de YH en hadden
nog wat voorraden over. Voor we het wisten kregen we een ketel met
anderhalve liter thee en 2 Apple Pies de man. Nadat we deze
genuttigd hadden en afscheid hadden genomen van beide mannen ging
het verder in de richting van Camban Bothy
*.
* Zo vriendelijk - Tea with
pastry....
De weg
ging westwaarts en we moesten nog 3 rivieren oversteken die
allemaal van een brug waren voorzien. De bothy lag nog een uur
gaans en we waren rond 17.00 binnen. Voor een eerste dag met een
gewicht op de rug wat we ook niet dagelijks dragen was het
even genoeg. We waren dit keer niet alleen. Een Duitse vader en
zoon sliepen er ook deze nacht.
Nadat we ons hadden geinstalleerd waarbij de het voedsel in een zak aan het plafond hadden gehangen vanwege de eventuele muizen hebben we samen met onze "buren" de maaltijd genuttigd. Op het dak tikte de regen gestaag. Hopelijk is het morgen droog.
* De geschiedenis van deze bothy gaat terug tot 1830 toen deze werd bewoond door een herder en zijn familie. De laatste bewoner verliet de cottage in 1920. De cottage kwam in verval en het is dat door het initiatief van 2 families dat de cottage werd hersteld tot een bothy. De families van 2 jonge klimmers die waren omgekomen bij verschillende klimongelukken wilden hiermee een eerbetoon achterlaten in de door hun geliefde Highlands.
* Dag 2 : Camban Bothy - Shiel bridge (Grid Ref: NG 980 223)
Afstand : 16,5km / Stijging : 47 mtr
©Crown copyright 2022 Ordnance Survey. Media
065/22
Na een goede
nachtrust en geen getik meer op het dak van de bothy bleek dat het
's nachts dusdanig was afgekoeld dat er vanaf 700 meter hoogte
sneeuw op de heuvels lag. Dit is altijd weer een prachtig gezicht.
Het wit van de sneeuw in contrast met de bruine en groene tinten
van de begroeiing geeft altijd weer veel diepte aan het
landschap.
* Vertrek vanuit Camban Bothy in de
richting van Morvich / Shiel Bridge
Na de
routine van de ochtend waren we klaar voor de wandeling naar Shiel
Bridge. Onze Duitse vrienden besluiten om de Beinn Fada (1032
meter) te bestijgen. Later op de dag had ik wel spijt met ze
vanwege de omstandigheden op de graat, mits ze de bestijging hadden
doorgezet. Het zou voor ons vandaag geen zware wandeling
worden. Het ging voornamelijk bergaf. De route volgde de prachtige
en ruige Allt Ghrannda en zijn watervallen. Links en rechts
werd de Glen omgeven door steile bergen. Het weer was
aanvankelijk uitstekend (fris en helder) en om elke hoek
kwamen er meer en meer besneeuwde bergen tevoorschijn met soms
Alpen aandoende dimensies.
* Deel van de Five
Sisters
Verder
op vlakte de vallei - De Glean Lichd - verder uit en de
rivier meanderde in het zonlicht. Net toe we bij de verbreding van
de River Croe kwamen sloeg het weer om en moesten we de
regenkleding aantrekken. Boven op de bergen stormde het en
onze gedachten gingen dan ook uit naar de vader en zoon op
Beinn Fada.
Het wandelpad werd een gravelweg en we volgden deze zo'n
kleine 5 kilometer. Hierna ging het over in asfalt. We liepen
verder door Morvich en kwamen zo op de A87 uit waar we linksaf
gingen richting de camping van Shiel Bridge.
* Glean Lichd met de meanderende River
Croe
De
camping was nog open tot eind oktober en toen we daar aankwamen
waren we de enige gasten. We maakten gebruik van de omstandigheden
door te koken in het toiletgebouw.
Even later kwam er nog een camperbusje bij met een
Australisch/Duits gezin met 3 kleine kinderen. Voor hen moet het
een apart gezicht zijn geweest om 2 volwassen mannen met hun hele
hebben en houden voor het toiletgebouw te zien zitten.
Toen we uiteindelijk in onze tent lagen hoorden we de regen bij
tijd en wijle tikken tegen het doek. De temperatuur lag rond het
vriespunt en de volgende dag zag de wereld er dan ook anders
uit.
* Dag 3 : Shiel Bridge - Kinloch Hourn (Grid Ref: NG 953 064)
Afstand : 16.5 km / Stijging : 819 mtr
©Crown copyright 2022 Ordnance Survey. Media
065/22
Het doek voelde 's
morgens knisperig aan en bij aanraking schoof er bevroren
water van de tent af. Toen we buiten kwamen was de sneeuwgrens
vrijwel tot zeeniveau gedaald en het was helder buiten. Het
beloofde een mooie maar uiteindelijk ook een zware dag te worden.
Na een ontbijt van hartkeks met jam en pindakaas en uiteraard een
bak koffie voor mij en Muesli voor Eduard gingen we zuidwaarts
op weg naar Kinloch Hourn.
* Nog even een laatste blik op Loch
Duich
Vrijwel
direct liepen we in de sneeuw. Een blik achterom gaf ons nog even
een kippevelmomentje van Loch Duich. Even verder links kwamen
we een groep van 7 paarden tegen en aan de oostkant van het pad
liepen grote aantallen herten die ons goed in de gaten hielden. De
sneeuw was aanvankelijk nog een dun laagje op een
breed pad maar op 150 meter hoogte werd de sneeuw dikker en
het was het pad vrijwel niet meer zichtbaar. Prominent in het zicht
lag de Sgurr na Creige. Hier moesten we de Allt Undalain
oversteken. Het was even zoeken naar de juiste (niet gladde) stenen
maar doordat het koud was en gesneeuwd had was het water relatief
laag en vormde de rivier verder geen probleem.
* Het begin van een fraaie
wandeldag
De
algemene richting was nu zuid-zuidoost en we moesten links
(oostelijk) van de Allt a Coire Chaoil blijven. Ook hier was
geen pad zichtbaar alhoewel er af en toe een soort van trail te
zien was. Gaf ons toch een idee dat we in de goede richting
gingen. Het eten tussen de pauzes door bestond uit noten gemengd
met pure chocolade en dadel- cq. vijgenkoeken. Lekker en daarnaast
ook belangrijk, de hoge caloriewaarde.
* Pauze op weg naar Bealach
Coire Mhàlagain
Het
landschap werd met elke stap mooier en indrukwekkender, niet
in de laatste plaats door de sneeuw op de bergen. De "Saddle" stak
met zijn "Forcan Ridge" magnifiek af tegen de helderblauwe lucht.
Tijdens de pauze op weg naar de overgang oostelijk van de
Saddle, de Bealach Coire Mhàlagain, kregen we te maken met èn
sneeuwval èn zon. Het leek wel een festival van glitters. Het was
werkelijk genieten en het fotograferen nam dan ook veel tijd in
beslag.
* De Forcan Ridge/ The
Saddle
Naarmate we hoger kwamen werd de vallei smaller
en we hadden gelezen dat we de over de Meallan Godhar moesten, punt
617 op de kaart. Dit is een lastige passage in de zomer maar
met de sneeuw en het gewicht van de rugzak was het echt oppassen
geblazen. Een schuin aflopend pad met sneeuw en daaronder een
aantal meters niets. Ik ging voorop maar ging teveel naar rechts
waarbij ik op gladde rotsplaten uitkwam die vrijwel geen grip
gaven. Eduard pakte het verstandiger aan door het hogerop te
proberen en met de nodige moeite kon ik mij draaien en in Eduards
voetsporen volgen. Hierna werd het wat vlakker en kort daarna
besloten we tot een pauze.
* Pauze-momentje uit de
wind
We
vonden een plekje uit de wind achter een soort van muur die begon
waar wij zaten en helemaal doorliep tot aan de bealach. Net op het
moment dat ik wilde plassen kwamen er 3 hikers omhoog. Zij wilden
de Sgurr na Sgine bestijgen. Op de vraag wat de beste route was
richting de bealach zei de voorste loper van de groep dat
we "The Wall" moesten volgen. Inderdaad liep er een muur van
forse rotsblokken helemaal tot aan boven maar deze waren
ongeordend gestapeld.
Het was duidelijk door mensen gemaakt maar de rotsen waren dusdanig
groot en de locatie vreemd dat we dachten :"wie en waarom is dit
hier aangelegd ?". Gedurende de gehele tocht verbaasde het ons
hoe zo'n 100-150 jaar geleden deze erg lange stenen muren en andere
vormen van afscheiding aangelegd moesten zijn. Zonder mechanische
hulpmiddelen en transport......?
* Eduard zoekt een route langs "The
Wall" - herkenbaar als een streep in de
sneeuw
Na de
pauze volgden we de "Wall" maar gemakkelijk lopen was het zeer
zeker niet. Door de (opgewaaide) sneeuw waren de gaten soms niet
zichtbaar en we moesten dan ook voorzichtig te werk gaan. Op
sommige plekken gingen we tot aan de bovenbenen in de sneeuw. Je
gaat naar Schotland met een bepaalde verwachting zeker wat betreft
het weer maar dit hadden we in onze stoutste dromen niet verwacht.
Ondanks de moeizame stijging van deze dag was het enorm genieten
van het uitzicht. Boven waaide het ogenschijnlijk flink want je kon
de sneeuw van de toppen zien waaien,
Eenmaal op de
bealach kwamen ook wij volop in de wind en de temperatuur
voelde als min 15 graden. Het magnifieke uitzicht richting
Knoydart was onze beloning. Eduard kwam nog even in gesprek met de
oudste heer van het stel. Hij kwam uit Glasgow en zal rond de 70
zijn geweest. Hij liep met de groep mee gewoon omdat hij dit leuk
vond want hij had alle munro's al eens gedaan - een munroist dus
: iemand die alle toppen boven de 903 mtr / 3000
ft heeft gestaan.
* Waarheen ? Naar Beneden. Eduard
leads the way...
We
namen afscheid en gelukkig nam de wind af naarmate we iets lager
kwamen. De weg naar beneden was echter niet zichtbaar en de kaart
gaf hier ook geen uitsluitsel. We hadden gelezen om eerst westelijk
(rechts) van de Allt Coire Mhàlagain te dalen en de rivier te
kruisen daar waar mogelijk om zo aan de oostzijde te geraken. Wij
daalden echter direct aan de oostzijde en hier en daar was het
behoorlijk smal en moesten we soms heikel balanceren. Maar na een
lange afdaling kwamen we uiteindelijk op een brede track richting
Kinloch Hourn.
We waren al zo'n 7 uur onderweg en de track maakte nog een grote
draai naar links totdat we uitkwamen bij de Allt a Choire Reidh,
een rivier die met hoog water problemen kon geven maar deze dag
geen noemenswaardig obstakel vormde. Net voorbij de rivier staat
een klein houten jachthutje dat eventueel in nood gebruikt kan
worden om te schuilen (of te slapen zoals te lezen is in de
Cape
to Cape gids van John Sutcliffe)
* Nog even voordat de zon verdwijnt -
Loch Hourn
We
volgen de track nog zo'n 45 minuten en we hadden ondertussen een
dramatisch (lees mooi) uitzicht op Loch Hourn met een zon die bijna
achter de bergen schuil ging. Toen volgende er nog een heel
vervelende afdaling richting Kinloch Hourn. We moesten nog zo'n 300
meter dalen en dit ging op zijn Schots : recht toe, recht aan. De
vermoeidheid liet zich toen goed voelen in de bovenbenen en
knieën. Maar goed, als je maar door blijft lopen kom je
uiteindelijk beneden en nadat we een bos met oa. eucalyptus bomen
hadden gepasseerd kwamen we bij het Kinloch Hourn Estate aan
waar net de eigenaar naar buiten kwam. Op de vraag of en waar we
eventueel konden kamperen was het antwoord : "between the bench
and the bridge". Iets verderop was er inderdaad een bank en
ook een brug.
Snel hebben we in
het schemerlicht de tent opgebouwd en het eten bereid. Tijdens
het eten hebben we nog even deze fantastische dag doorgenomen
om vervolgens moe maar voldaan in onze slaapzakken te kruipen
op weg naar de volgende dag.
* Frisse start op weg naar
Barisdale
* Dag 4 : Kinloch Hourn - Barisdale (Grid Ref: NG 872 043)
Afstand : 11.2 km / Stijging : 579 mtr
©Crown copyright 2022 Ordnance Survey. Media
065/22
Na een frisse nacht met 's ochtends rijp op de tent gingen we op weg naar Barisdale. Maar niet voordat Eduard wist te melden dat zijn Exped matje in de loop van de nacht zachter was geworden. Op zich was dit vreemd want we hadden alleen nog maar op gras geslapen en er was geen reden voor het matje om zomaar lek te geraken. Vanuit mijn ervaring wist ik dat het ventiel of de seal nog wel eens wat kuren kan vertonen en we besloten dan ook om in Barisdale hier naar te gaan kijken.
Op papier
was dit een eenvoudige wandeling langs de zuidoever van
Loch Hourn. In de praktijk echter moesten we vele malen op en neer
en al met al leidde dit tot zo'n 600 hoogtemeters die we
moesten overbruggen. We gingen de brug over, passeerden het Kinloch
Hourn Teahouse en al snel ging de brede weg over in een wandelpad
dat in eerste instantie ingesloten werd door manshoge
Rhodondendrons met zijn felgroene blaadjes. Voelde als een
subtropisch wandelpad.
* Hier kwamen we gisteren vandaan
!
Het pad
was smal en zo hier en daar liepen we langs metersdiepe wanden die
loodrecht afvielen richting het Loch. Onderweg kwamen we een groot
aantal ruines tegen. De Clearences hebben in dit deel van de
Highlands flink huis gehouden. Woonden er rond 1840 zo'n 400
mensen, in de jaren hierna werden er 330 mensen verscheept
naar Canada. Zo'n 70 mensen van 11 families boden weerstand en de
huizen werden gewoonweg in brand gestoken. De ruines die we
tegenkwamen vormden stille getuigen van deze tijd.
* Halverwege Loch
Hourn
Rond
een derde van de tocht werd het Loch heel smal. Aan beide zijden
van het loch zijn er 2 landtongen die het meer vernauwen met
precies in het midden Eilean Mhogh-sgeir. Aan de overzijde van het
meer lagen de bergen in de volle zon. Wij liepen echter bijna de
gehele dag in de schaduw. Naarmate we verder kwamen in de richting
van Barisdale stegen we tot zo'n 150 meter boven het meer. De
eilandjes Eilean a'Gharb-Iain, Còrr Eileanen en Eilean Choinnich
kwamen in beeld. Daarachter lag Skye met zijn hoge bergen
duidelijk zichtbaar en links zagen we westelijke uitlopers van
Ladhar Bheinn met zijn besneeuwde toppen badend in de
zon.
* Zicht op "the Isle of
Skye"
Toen we
om de bocht kwamen bij Barisdale Bay en de zon voor het eerst deze
dag in ons gezicht scheen.....warm, windstil, geluid van
watervogels in de verte en een fantastische omgeving. In het Engels
heet het "tranquility". Het was laagtij en we besloten om over
de drooggevallen oceaanbodem verder te lopen om even later op een
stapel pallets een welverdiende pauze te houden.
* Aankomst Barisdale in een
notendop
Ladhar
Bheinn kwam groots in beeld en de bergen in het zuidoosten zoals
Sgurr a`Choire-Beithe en Luinne Bheinn vormden een indrukwekkende
afsluiting van het dal. Barisdale bestaat uit een aantal
boerenbedrijven met een in verhouding formidabele hoeveelheid
auto's en shovels. Het aparte is dat je vanaf de gebouwen niet meer
dan 300 meter naar links en naar rechts kunt. Daarnaast heeft
Barisdale een bothy die niet onder het beheer van de MBA valt maar
onderdeel is van het Barisdale Estate. Er is stroom,
een toilet / wasbak en zo'n 12 slaapplaatsen. De kosten
bedragen £3 per
persoon per nacht en dit bedrag kun je achterlaten in een
betaalbox.
* Dagelijkse gang van
zaken......
Achter
de bothy is een groot grasveld met een aantal bomen
die afgeschermd werden door een afrastering. Dit gaf ons de
gelegenheid om de tent op te hangen. Deze zat nog onder het
ijs. Het dooide blijkbaar niet in de rugzak.
Tevens konden we de schoenen even luchten. Terwijl Eduard
de tent aan het ophangen was ben ik aan de slag gegaan met het
Exped matje. Eerst maar even met lucht gevuld en vervolgens dubbel
gevouwen zodat er veel druk op het ventiel komt te zitten.
Beetje spuug er op om te kijken of er bubbels ontstaan maar hier
was niets te zien. Toen naar de seal (groene en oranje) gekeken en
het scheen mij toe dat de groene seal niet helemaal recht zat. Dit
aangepast, het matje nogmaals stevig opgeblazen en tegen de muur
gezet om te kijken of deze "in zou zakken". 2 uur later was de mat
echter nog steeds hard en gedurende de hele tocht hebben geen last
meer gehad van een leeglopend matje.
'S avonds hebben we
eerst een soepje gemaakt met bolletjes om daarna weer een van
de lekkere Globetrotter maaltijden te eten. Eigenlijk altijd lekker
en altijd meer dan voldoende. Voldaan na een goede maaltijd en
alweer een schitterende dag (we konden ons geluk niet op) legden we
onze hoofden te rusten.
* Tijd om Barisdale te verlaten om zo
tijdig bij de ferry aan te
komen
* Dag 5 : Barisdale - Inverie (ferry) - Tarbet (Grid Ref: NM 790 927)
Afstand : 14.8 km / Stijging : 565 mtr
©Crown copyright 2022 Ordnance Survey. Media
065/22
De keuze voor
de route van deze dag werd thuis al bepaald door het feit
dat de brug over de Carnach river in de herfst was verwijderd omdat
deze te gevaarlijk was geworden. Deze rivier hadden we vandaag
moeten oversteken tijdens de etappe van Barisdale naar Sourlies.
Omdat in de berichtgeving rond deze oversteek werd gewaarschuwd
voor een behoorlijk risico bij hoog water hadden we besloten om de
rivier te mijden en Sourlies uiteindelijk te benaderen via de
zuidelijk oever van Loch Nevis. Hierdoor moesten we de ferry pakken
van Inverie naar Tarbet. Omdat de ferry alleen op maandag en
vrijdag voer hadden we dit al vanaf Nederland vastgelegd. Als er
zich niemand aanmeldt dan gaat de ferry namelijk rechtstreeks naar
Mallaig.
* Het eerste
zonlicht
Na een
goede nachtrust en een stevig ontbijt gingen we op weg naar
Inverie. Een commune dat alleen te voet of met de boot
bereikbaar is. De weg zuidwaarts in Mam Barisdale was gedurende
onze tocht één van de weinige stukken waar je een soort van cadans
in het lopen kon ontwikkelen. Het pad liep regelmatig omhoog
en was praktisch droog. Grote aantallen herten begeleiden ons in de
richting van de waterscheiding en vanaf het hoogste punt hadden we
mooi zicht op Dubh Lochain en Inverie Bay.
* Op weg door Mam
Barisdale
Ook het
pad naar beneden was aanvangs oké maar naarmate we lager kwamen
werd deze steeds natter en modderiger. Dan wordt het weer zoeken
naar de beste plekken om je voeten te plaatsen. Eenmaal voorbij
Dubh Lochain werd het pad een track en in de verte doemde een
mensgemaakt item op wat in eerste instantie leek op een Nepalese
Stuppa.
Op navraag wat dit nou voor een
monument was deed men in eerste instantie een beetje vaag. Later
kregen we te horen dat het een gedenkteken was dat is
opgericht door de 2nd Lord Brocket, de verachte grondbezitter met
nazi sympathieën die Knoydart in de jaren 1930 kocht en dit
monument liet oprichten ter herinnering aan zijn ouders, zijn vrouw
en zijn gezin, in 1938.
* Blik
op Dubh Lochain en Inverie bay
(enigszins)
Even
voorbij dit monument besloten we om een pauze in te lassen langs
het pad met de beentjes over de rand van een muurtje als een soort
van bermtoeristen. Niet kort daarna kwam ons een vermoeid uitziende
man tegemoet die ons wist te vertellen dat hij de weg was kwijt
geraakt in de bestijging van één van de Munro's van dit gebied. In
plaats van noordwaarts af te dalen in de richting van Barisdale
waar zijn tent stond, deze hadden we zien staan toen we gisteren
daar aankwamen, was hij naar het zuiden gelopen en had de nacht
uiteindelijk in een bivakzak doorgebracht onder een laag dorre
varens. Het moet een meer dan koude nacht zijn geweest. Toen hij
die ochtend in Inverie was aangekomen had één van bewoners hem
voorzien van koffie en een stevig ontbijt. Hij was nu onderweg naar
Barisdale om zijn tent op te halen om vervolgens weer terug te gaan
naar Inverie voor de ferry naar Mallaig........
* Tarbet aan de overzijde, gezien van
de veranda van het Teahouse
Nadat
we de kookspullen weer hadden ingepakt liepen we verder in de
richting van Inverie. Niet lang daarna zagen we de baai van
Inverie. Een mooi stukje wereld met een bunkhouse, camping, een
VVV, een teahouse en de meest afgelegen pub van Schotland. We
liepen Inverie binnen en er passeerde ons een auto die 15 seconden
later terug achteruit reed om ons te vertellen dat de pub was
gesloten en hij kon niet exact zeggen
waarom...??
Nou kwamen wij niet
voor de pub en het leek ons enigszins apart dat men dit ons kwam
melden. Maar goed, in zo'n kleine gemeenschap is de pub meestal de
plek van samenkomst. Bij gebrek aan een pub besloten we om een
bezoek te brengen aan het Pottery & Teahouse. Prachtige
plek en veranda met binnen allerhande zaken. We besloten beide om
hier een chocolademelk met slagroom te nemen en een
(machtig) gebakje. We hebben deze genuttigd op de veranda in
de volle zon met een geweldig uitzicht op Loch Nevis,
Skye, Rùm en het hoofddoel van deze dag Tarbet, gelegen
aan de overzijde van Loch Nevis.
* We hadden wat tijd te doden in
Inverie......
De
ferry zou vertrekken om 15.30 en we hadden beide een forse boot
verwacht waar ook auto's op zouden kunnen. Toen in de verte een
"klein" bootje opdoemde hadden we niet het idee dat dit de boot zou
zijn die ons naar Tarbet zou brengen. Maar goed, er konden
weliswaar geen auto's op maar echt klein was de boot ook niet.
Nadat deze had aangelegd was het mooi om te zien dat de lokale
bewoners en de beide bemanningsleden een menselijk rij vormden
om de postzakken, pakketten en boodschappentassen aan land te
brengen.
* Terugblik op Inverie met Skye op de
achtergrond....
Toen
dit allemaal gebeurd was konden we aan boord en ging het richting
Tarbet, een reisje van een kleine 20 minuten. Na een verkwikkend
boottochtje waarbij we met zo'n 30 kilometer per uur over het
water gingen kwamen we aan in Tarbet Bay. De boot kon niet
aanleggen en verrassende wijze werden we opgehaald door een
rubberen motorboot. Jessie de bordercollie begroette ons
vriendelijk en een paar minuten later hadden we weer vaste grond
onder onze voeten. Tarbet bestaat uit een 8-tal gebouwen waaronder
een kerk en een groot herenhuis. De kerk en het herenhuis bleken in
het bezit te zijn van een bekende persoonlijkheid in de
musicalwereld.
* De ophaaldienst in
Tarbet.....
Op de
vraag aan de jongeman of er nog steeds een bothy
cq. slaapmogelijkheid in de kerk was gaf hij aan dat dit niet
meer het geval was maar we konden wel even aankloppen bij de kerk
en vragen naar Douglas. Zo gezegd, zo gedaan. Eduard klopte aan en
vlot werd er open gedaan en Eduard legde uit aan Douglas waar we
voor kwamen. We werden direct binnen gevraagd en wat we binnen
zagen was ontzettend mooi. Eerst moesten we door het kleine
voorhuis (het verblijf van Douglas) en daarna stapten we de
eigenlijke kerk binnen.
* The Church of
Tarbet.......
Het
interieur was verrassend. Een open en ruim opgezette keuken.
Vervolgens de kamer met een forse tafel en aan beide zijden een
kerkbank. Boven een fraaie vide met 2 2-persoonsbedden en daarboven
2 1-persoonsbedden. Alles in vermoedelijk eiken uitgevoerd.
Werkelijk fraai. Binnen op de kerkbank zaten naast Douglas, Frankie
en Banck. Al snel kwamen we in gesprek over de tocht die we aan het
uitvoeren waren en waarom we ons gemeld hadden bij de
kerk.
Het was inderdaad geen
overnachtingsplek meer, dat was wel duidelijk.
We gaven aan dat we een tent bij ons hadden dus als er ergens een
vlak stukje droog gras was dan konden we daar ook prima
op slapen.
* Tarbet
Chapel
Maar
het gesprek ging verder over allerhande zaken, het heden en het
verleden en uiteindelijk gaf Douglas aan dat als we binnen wilden
overnachten dit in orde was. Dit voelde als een bijzonder moment.
We waren niet in nood of hadden gebrek aan wat dan ook. En dan toch
de uitnodiging ontvangen om als toch complete vreemdelingen in dit
huis te mogen overnachten voelde geweldig. We konden en
kunnen er eigenlijk nog steeds niet over
uit.....
Denk niet dat dit altijd gedaan wordt. Ik zou er niet vanuit gaan !
Frankie en Banck gingen tegen 18.00 naar hun eigen cottage, gelegen naast de kerk. Douglas en de beide mannen werken aan herstel en verbouwing van de kerk en aan het verderop gelegen herenhuis....een project van vele jaren. Doordeweeks werken ze aan deze projecten en in het weekend gaan ze naar huis.
We mochten overal gebruik van maken en aangezien er een wasgelegenheid was gaf ons dit de gelegenheid om te douchen. Er was een overdaad aan eten in de keuken maar we hielden het bij onze eigen maaltijden. We wilden enerzijds geen misbruik maken van de gelegenheid en de rugzak moest ook lichter worden dus.....'S avonds schoof Douglas nog bij ons aan en we hebben nog allerlei onderwerpen besproken zoals de achteruitgang van de haring- en zalmstand voor de Schotse kust, de geschiedenis van Mallaig en Tarbet, familiezaken en meer en dit alles met veel kennis van zaken.
Uiteindelijk werd het tijd om te gaan slapen en we mochten ons neer vleien op zacht verende matrassen. Weer was het een zeer bijzondere dag geweest die we zeker nog tot in lengte van dagen zullen herinneren.
* Dag 6 : Tarbet - Sourlies Bothy (Grid Ref: NM 869 951)
Afstand : 11.6 km / Stijging : 663 meter
©Crown copyright 2022 Ordnance Survey. Media
065/22
Eduard had uitstekend geslapen in tegenstelling tot mijzelf. Misschien waren de matrassen te zacht ? Tijdens het ontbijt kwam Douglas bij ons en gaf aan dat als we weg gingen we de sleutel maar op het haakje moesten hangen. Even later kwam Frankie zich melden en hij vroeg ons of we mee wilden varen naar Camusrory, een estate net tegenover Sourliese aan de andere kant van de Carnach river. Hij moest daar wat klanten afzetten.
Na 5 seconden van
twijfel wilden we toch echt de route naar Sourliese gaan lopen.
Tenslotte waren we in de Highlands om juist dat te doen. Rond 08.45
gingen we op pad en het eerste deel tot aan Kylesmorar en de
grasvlakte daarachter ging over een uitstekend pad. Vanaf hier
hadden we een magnifiek uitzicht over Loch Nevis naar het oosten -
daar waar Sourlies moest liggen.
Bij de cottages die daar staan besloten we om hoogte te
winnen om zo over de kam naar het oosten te kunnen
lopen.
* Sourlies ligt aan het eind van Loch
Nevis met daarboven Sgurr na Ciche en Garb Chioch
Mor
We hadden zo links
en rechts wel wat informatie gevonden over de weg van Tarbet naar
Sourlies maar deze was niet eenduidig. Je zou zeggen dat je gewoon
de kustlijn van Loch Nevis moet volgen en dan kom je vanzelf bij de
uitloop van de Finiskaig River waar aan de overkant de bothy ligt.
Maar het scheen zo te zijn dan je dan telkens weer (ver) omhoog
moest om rotspartijen die steil afvielen in Loch Nevis te
omzeilen. We waren zo'n 100 meter hoog toen we een stem hoorden in
de verte van een man met een hond.
Het was de jongeman die ons van de ferry had gehaald met zijn
rubberboot samen met Jessie de Bordercollie. Hij gaf aan dat we te
vroeg omhoog gingen en dat het verderop minder drassig was. Lokale
tips moet je niet negeren en toen we weer beneden waren gaf hij ons
in grove lijnen aan wat de beste optie was. We volgden de kustlijn
in eerste instantie verder naar het oosten totdat we door een poort
moesten en daarna werd het terrein wat opener.
* Padloos gaat het verder vanaf het
berkenbosje in de richting van
Sourlies....
Niet
dat het meteen duidelijk was waar we heen moesten maar we besloten
om in de richting van een groep berken omhoog te gaan en om
daarboven op hoogte te blijven en de hoefijzervormige dalen te
traverseren zodat we verder niet teveel hoogtemeters meer hoefden
te maken. Omdat het vanaf de poort geheel padloos was, was het
ronduit zwaar gaan op het sompige terrein. Het koste dan ook veel
energie voordat we bij de groep berken aankwamen. Nadat we een
uitgebreide pauze hadden genoten besloten we om telkens een fix
punt te kiezen in de verte om vandaar uit opnieuw een punt te
kiezen die toegangkelijk leek.
Hier en daar konden we hertensporen volgen en omdat ook zij de weg van de minste weerstand kiezen waren deze sporen meer dan welkom. Halverwege kwamen we op een overgang net boven Carn Duon. Hier vonden we een mooi plekje uit de wind en in de zon. Omdat we ook hier aan de noordkant van de kam liepen hadden we gehele dag nog geen zon gezien dus dit was zeer welkom.
* Voor het eerst deze dag een plekje
in de zon.....
We
lieten ons de soep, koffie, noten en fruitkeks goed smaken en
genoten van deze warme plek met een fabuleus uitzicht. Naar het
westen hadden we zicht op Loch Nevis dat uitliep in de Atlantische
Oceaan met Skye en Rùm in de verte. Aan de overzijde Beinn Bhuide
en zijn trawanten badend in de zon en naar het oosten de machtige
delta's van de Carnach- en Finiskaig river met daartussen gelegen
Sourlies. Daarachter bewaakten Sgurr na Ciche en Garb Chioch Mor de
toegang naar Glenn Dessarry.
De bergen in
Schotland zijn vergeleken met de Alpen, Pyreneeën ed. relatief laag
maar zoals deze bergen, zeker aan de westkust, oprijzen vanuit
zee en daar meer dan 1000 meter bovenuit steken maakt dat ze toch
meer dan overweldigend overkomen en zeker niet te onderschatten
zijn. Ook deze dag werden we weer begeleid door het burlen van de
stags.
* Stags begeleiden ons ook op
deze dag....
Aangezien onze snelheid door het zware terrein
zo'n 1,75 kilometer per uur bedroeg werd het tijd om weer op pad te
gaan om ervoor te zorgen dat we niet in het donker van de berg af
moesten. Telkens als we weer een graat overschreden was het
afwachten hoe ver we weer naar rechts moesten oftewel hoe diep is
het hoefijzer (horseshoe is de engelse term)
Soms viel het mee en soms niet maar uiteindelijk kwamen we boven de
uitloop van de Finiskaig river aan en werd het tijd om
af te dalen. Dit was zeker niet het eenvoudigste deel van onze
loopdag. Meerdere malen kwamen we boven steile wanden uit die we
dan omzichtig moesten passeren en bij één van deze pogingen maakte
ik een schuiver en viel op het onderste deel van mijn wandelstok.
Carbon is sterk maar als je deze dwars belast is het net een
luciferhoutje.
* Sourlies
is in zicht.....
Gelukkig kon ik het deel nog
inschuiven en verder lopen. We zouden wel in de bothy kijken of we
de stok konden repareren. Uiteindelijk bereikten we de delta en
doordat het eb was konden we vrij gemakkelijk de overzijde
bereiken en de bothy betreden. Sourlies* is één grote ruimte waar
je normaal gesproken met z'n 8ten kunt slapen. Helaas is de bothy
behoorlijk populair, ook onder kajakkers en omdat we ervan uitgaan
dat hikers niet met zware glazen flessen (drank) gaan lopen sjouwen
is dit waarschijnlijk de reden dat er tamelijk veel afval (veelal
lege flessen sterke drank) in de bothy
lag.
Ik zou zeggen : "wat je vol brengt kun je ook weer leeg meenemen" - toch ?!
We waren de enige
gasten en nadat we de matten en slaapzakken op de vlonder hadden
neergelegd en water aan het koken waren voor de soep kwam er een
man binnen met ook volle bepakking. Aangezien we net aan de soep
wilden beginnen boden we hem ook een kopje soep aan. Deze geste
werd positief ontvangen en al snel waren we in gesprek over waar we
vandaan kwamen en wat we tot nu toe hadden gelopen. Ian kwam
uit Crewe en was werkzaam voor de Welsh railway.
Na de soep was ik begonnen met het bereiden van onze warme maaltijd
"Lama Linzen". Zoals eerder aangegeven zijn de maaltijden van
Globetrotter meer dan ruim voldoende voor 2 personen zodat ik Ian
ook vroeg of ik hem blij kon maken met een mok vol met deze linzen
maaltijd. Dit voorstel werd ook niet afgeslagen.
* Interieur Sourlies - maaltijd
voorbereiding
Toe Ian
binnen kwam was het eerste wat opviel zijn uitrusting. Vermoedelijk
had hij zijn rugzak ed. zo'n 30 jaar geleden gekocht en nooit meer
de behoefte gehad om deze te vervangen. Dit is geen oordeel want
iedereen moet zelf weten waarmee hij of zij onderweg is maar het
zag er allemaal wel zeer zwaar uit. Wat ook opviel was de literfles
met melk die hij uit de rugzak tevoorschijn toverde. Wij waren
thuis druk bezig geweest om uit te vogelen hoe we zo licht mogelijk
op pad konden gaan en dan zie je dit......
Één van de
dingen die we nog moesten doen was het herstellen van de
wandelstok. Eduard had zo'n 1,5 meter Duct tape bij zich en
uiteindelijk met 4 haringen hebben we het stokdeel gespalkt. De
rest van onze tocht kun de stok weer alles hebben.
* Duct tape is toch geweldig
spul..
We
waren meer dan moe van de wandeling van deze dag die bijna 9 uur
had geduurd zodat we rond 8ten in onze slaapzak kropen. Morgen weer
een dag.
* De historie van Sourlies gaat terug tot 1750. Er leefde hier een gemeenschap die mais, aardappelen en tarwe verbouwde en ondanks de Clearances hield men hier stand tot de 1900's. Goederen ed. werden aangeleverd met boot van Inverie en Mallaig. Er waren volgens de overlevering zelfs zoveel jonge mannen op een gegeven moment in Finiskaig dat er een Shinty team (soort hockey) gevormd kon worden.
* Dag 7 : Sourlies Bothy - Glen Pean Bothy (Grid Ref: NM 936 903 )
Afstand : 19,3 km / Stijging : 470 mtr
©Crown copyright 2022 Ordnance Survey. Media
065/22
Na heerlijk te
hebben geslapen, het ontbijt te hebben genuttigd en we de rugzak
weer op onze schouders hadden gehangen namen we afscheid van
Ian en wensten hem een mooie wandeldag toe richting Inverie. Hij
zou vervolgens met de ferry naar Mallaig gaan, de trein pakken naar
Glenfinnan en slapen in Corryhully bothy om vervolgens naar huis
terug te gaan.
* Afscheid van Ian en vertrek uit
Sourlies....
Óns
doel voor vandaag is Glenpean Bothy. Ian had ons verteld dat dit
een nette en schone bothy was. We moesten omhoog langs
de Finiskaig river door de Mam na clioch Airde. Eerst
ging het nog een stukje vlak maar al snel ging de weg zigzaggend
omhoog met een duidelijk pad voor ons. Nog eenmaal achterom kijkend
naar Loch Nevis namen we afscheid van dit schitterende deel van de
Westelijke Hooglanden.
* De Finiskaig River was aanvangs
prima te volgen....
Naarmate we hoger
kwamen werd het pad onduidelijker met veel natte en modderige
gedeelten waar we letterlijk doorheen moesten waden. De bergen om
ons heen werden hoger en het gevoel van leegte en eenzaamheid nam
dramatische vormen aan. Kort voor Lochain a Mhaim moesten we de
rivier oversteken. Niet moeilijk maar telkens, en dit
gold voor alle rivieren, moesten we oppassen voor gladde
rotsen. Je kon er niet blindelings op vertrouwen dat ze allemaal
stroef waren.
* De rotsen waren niet altijd even
betrouwbaar, dan weer stroef dan weer
spekglad...
Net na
het meer troffen we twee vol bepakte wandelaars uit het Lake
District aan met hun hondje. Zij waren bezig met de CWT en waren op
weg naar Sourlies en Barisdale. Zij wilden de CWT nog in zijn
geheel lopen en hoopten op een mogelijkheid om van Cape Wrath terug
te komen naar het zuiden !
Langzaam werd de vallei breder en liepen we bergen uit. In de verte
kwamen de plantagebossen van Glen Dessarry in het zicht.
Ondertussen begon het te regenen. Waren bijna vergeten hoe dit
voelde. Eigenlijk hadden we bij de eerste bomen al het bos in
gemoeten om zo bij A'Chùil bothy te komen. We liepen echter door
langs de plantage en beiden vonden we dit zo'n beetje het meest
vervelende stuk wat we tot dan toe hadden gelopen.
* Lochain a Mhaim - even
verderop troffen we de 2 CWT
wandelaars
Het
stuk langs het bos duurde zo'n 45 minuten totdat we in open
grasland terecht kwamen en we de bothy rechts van ons konden zien
liggen. Ik kwam met het voorstel om dwars door te steken om zo de
kortst mogelijke weg naar de bothy te nemen. We besloten dit te
doen omdat het ondertussen behoorlijk regende en we wel aan een
pauze toe waren in een droge ruimte. In het begin ging het nog
aardig maar op een gegeven moment kwamen we in een moerasachtig
landschap terecht waar we zo goed als kwaad als het ging onze eigen
weg zochten.
Mijn keuze was de minste. Ik kwam steeds dieper met mijn gaitors in
de bog en opeens zat ik zo'n 25 cm diep in het water en met elke
stap zakte ik dieper weg. Ik dacht : doorstappen,
doorstappen.....30 cm diep, 35 cm diep, 40 cm diep.....de
gamaschen staken nog net boven de bog uit en toen kreeg ik weer
vaste grond onder voeten. Lange leve de GTX Yeti gaitors want ik
had nog steeds droge voeten ! Eduard gaf aan dat de aarde golfde om
mij heen.
Eduard had een
omtrekkende beweging gemaakt die hem duidelijk minder problemen had
gegeven. We kwamen weer bij elkaar op een brede gravelweg maar
we moesten nog wel de houten brug over de River Dessarry nemen.
Deze was dusdanig aan slijtage onderhevig (rotte delen, planken die
er niet meer zaten) dat we even moesten slikken....Goed, even
tellen tot 3 en dan zo lichtvoetig als mogelijk er over heen.
* A'Chùil. Deze was niet zo
eenvoudig te bereiken - althans op onze
manier....
Na een
laatste, zeer nat stuk pad kwamen we aan in de bothy. Even uit de
regen, uit de regenkleding, kopje soep en koffie, fruitkeks met
pindakaas. Het leven is mooi. Zeker als je weet dat je dit allemaal
vrijwillig doet, dat je je de luxe kunt veroorloven om dit te
kunnen en mogen doen.
Het regende nog
steeds toen we begonnen aan het laatste deel van de wandeling op
weg naar Glenpean. Achter A'Chùil bothy ging het pad door het
bos omhoog naar de brede gravelweg die ons voor het grootste
gedeelte zou begeleiden naar Glenpean Bothy * . Het pad verliep in
zijn geheel door het bos waarbij we om de Monadh Gorm heen
draaiden. Eerst oostwaarts en toen met een grote bocht draaiend
naar het westen. Nadat we naar het westen waren gedraaid zou er na
ruim een kilometer een afslag moeten komen naar links die we morgen
zouden moeten nemen op weg naar Corryhully. Deze was duidelijk
zichtbaar en zou ons geen problemen geven de volgende
dag.
* Glenpean bothy in Glen
Pean
De
brede weg vervolgde zich en na een kilometer of 3 opende zich het
bos en ook hier lag weer een schitterende vallei voor ons. Even
later hield de brede gravelweg op en vrijwel direct was het zeer
nat en drassig. Het was nog zo'n 400 meter "bogtrotting" om bij de
bothy te geraken en zoals Ian had aangegeven was dit een nette
en schone bothy met genoeg brandhout om eens lekker voor de kachel
te kunnen kruipen.
* Warmte was welkom omdat het in de bothy ook
maar 3 graden was......
We installeerden ons en zorgden
ervoor dat we genoeg brandhout hadden voor de kachel deze avond.
Aangezien het een natte dag was geweest was de warmte meer dan
welkom. Spullen konden weer een beetje gedroogd worden en je hoeft
ook niet zo snel in je slaapzak. Na de lekkerste maaltijd van
deze tocht te hebben genoten, de Globo Vego, daar waren we het
beide over eens, hebben we deze dag en de afgelopen dagen nog
eens doorgenomen en kwamen toch wel tot de conclusie dat de
weergoden ons meer dan gunstig gezind waren gedurende deze trip.
Met deze positieve gedacht kropen we in onze
slaapzak.
* De bothy dateert van 1870 en was een estate cottage bewoond door een herdersfamilie. De cottage heeft 45 jaar dienst gedaan als zodanig en is nu onder het beheer van de MBA.
* Dag 8 : Glen Pean Bothy - Corry Hully Bothy (Grid Ref: NM 912 844)
Afstand : 12,8 km / Stijging : 508 mtr
©Crown copyright 2022 Ordnance Survey. Media
065/22
Onze laatste lange wandeldag van deze fantastische tocht. We moesten dezelfde weg terug die we gisteren waren gekomen voor zo'n 3,5 kilometer tot we bij de afslag kwamen die ons in Gleann Cuìrnenan zou brengen. Hier moeten we door een weliswaar kleine stukje bos maar met zoveel tinten groen dat het zo uit een sprookje zou kunnen komen. Hier kon je ook goed zien dat het een zeer nat gebied is.
Het paadje bracht
ons naar de brug over de River Pean waarna we opnieuw bij een
rivier kwamen die we moesten kruisen. Ook hier gold weer dat
sommige stenen stroef waren maar sommige ook glad van de
alg.
* Ondanks dat het water niet al te
hoog was.......oppassen !
Wijs
geworden de afgelopen dagen kwamen we rivier over zonder problemen
en was de algemene richting voor vandaag : zuidwaarts. Wij liepen
aan de westzijde van de rivier en na een kilometer kwamen we bij
een waterval waar het goed uitkijken was. Het pad werd zeer smal en
links ervan viel het zo'n 15 meter recht naar beneden. Voor ons lag
weer een mooi, eenzame en woeste
vallei.
* Het woeste en mooie Gleann Cuìrnean
met Streap
Na dit heikele stuk viel het allemaal wel mee, alhoewel we nog 2 keer de rivier over moesten omdat door erosie de oevers weg waren geslagen. Naarmate we het eind van het dal naderden werd het smaller en steiler. Sgùrr Thuilm en Streap bewaakten de doorgang die we moesten nemen via Bealach a Chaorainn op 471 meter. Bovenop de overgang stond nog een poort waar ooit links en rechts een omheining aan vast heeft gezeten. Komisch gezicht.
Vanaf de
bealach kregen we voor het eerst zicht op Glen Finnan. In de verte
konden we al brede gravel en asfaltwegen zien maar dit maakte het
dal niet minder fraai. Het leek een beetje op een Alpendal.
Eigenlijk een soort van netjes. Al snel in de afdaling werd het pad
2-sporig en liepen we op ons dooie gemak in de richting van
Corryhully. Op enkele plekken zagen we kleine bordjes die de weg
aangaven richting Munro's. Dit hadden we nog niet eerder
gezien.
* Op weg naar de overgang richting
Glenfinnan in 4en...
De
herfstkleuren waren weer indrukwekkend mooi en droegen zeker bij
aan een soort van weemoedig gevoel wat mij altijd weer raakt als ik
in de Highlands ben. Wij hebben ons gedurende vrijwel alle
dagen weer verbaasd over waar mensen zich staande hebben proberen
te houden in deze onvergeeflijke omgeving, zeker in tijden dat er
geen fatsoenlijke toegangswegen
waren.
Corryhully kwam in
beeld en dit was zeker niet de fraaiste bothy. Niet vervuild maar
niet erg goed onderhouden. Met een klein beetje moeite, wat hout en
cement zou het er een stuk beter uit zien. Wel was er electrisch
licht en wat ook prettig was, was dat er een open haard was en hout
om te stoken. Temeer dit zo'n beetje de koudste bothy was van het
stel.
* Corryhully Bothy - Glenfinnan
Estate
Wat
schetste onze verbazing. Er lag een briefje aan Eduard en mij
gericht van Ian met daarbij een zak linzen. Ian had hier de vorige
nacht verbracht. Dit zijn nou net van die kleine dingetjes die zo'n
dag mede onvergetelijk maken.
Wat hierna gebeurde was ook weer zo'n typische ontmoeting. Zo'n
drie kwartier nadat we bij Corryhully waren aangekomen kwam er een
Landrover aangereden en een markante man gekleed in een tweed
jacket met daaronder een knickerbocker en gamaschen stapte
uit. Het was de head keeper van het Glenfinnan Estate. Hij kwam
even kijken wat voor vlees hij in de kuip had en/of er al weer wat
geld in het daarvoor bestemde potje zat. Helaas zat er maar 20
pence in.
* Ian's zijn
bedankje......
We
kwamen in gesprek met de man en we waren wel benieuwd naar de
gedachten achter de bospercelen en de jacht. In vroegere jaren
bestond een groot deel van Schotland uit bos maar door agrarische
activiteiten was dit afgenomen. Ten tijde van de romeinen
was de helft van de bossen verdwenen. Deze kale gronden werd door
het vochtigere en koelere klimaat en door menselijke activieteit
overgenomen door veengrond (peat) In de 19e eeuw werd het
resterende bos geexploiteerd voor houtskool (ijzerindustrie),
't looien en kleuren van leer en houtgebruik in het
algemeen.
Dit heeft er
wellicht toe geleid dat bossen wel weer opnieuw werden aangeplant.
Was het 5% op het dieptepunt, nu is 18% van Schotland bebost.
Daarnaast werden er door de estates jachtgebieden geopend met een
groeiende hertenpopulatie (momenteel 12-14 dieren per km²) De
inkomsten van de jacht zijn tegenwoordig van substantieel belang
voor het behoud van de estates.
Op de vraag of dit een bestaansrecht heeft naast elkaar was
het antwoord negatief. Herten vreten jonge bomen aan en je ziet dan
ook dat veel bospercelen omheind zijn. Daarbuiten zie je nauwelijks
jonge aanwas van bomen. Indien er nieuwe bossen worden aangepland
dan komt hier ook weer een hek omheen. Vervelend in deze is dat
herten niet kunnen schuilen in deze bossen. Het was interessant om te horen hoe men
hier mee omgaat.
* Dit was veruit de koudste
bothy...althans zonder vuur
Nadat
we afscheid hadden genomen hebben we de open haard aangemaakt en
onze maaltijd onder warme omstandigheden kunnen nuttigen. Tegen
8ten kropen we in onze slaapzak maar ik kreeg het maar niet
aangenaam in mijn slaapzak. Deze had alle nachten prima voldaan
maar op de een of andere manier was het deze nacht erg koud. Of het
de combinatie van koude met een hoge vochtigheidsgraad was
?
* Dag 9 : Corry Hully Bothy - Glenfinnan Station - Fort William (trein) - Inverness (bus)
Afstand : 5,3 km, : stijging 51 mtr
©Crown copyright 2022 Ordnance Survey. Media
065/22
Ik was blij dat het weer ochtend was. Maar goed,
een goed ontbijt met sterke koffie doet wonderen en rond half 9
verlieten we de bothy. Het was maar 4 kilometer naar Glenfinnan dus
hadden we tijd genoeg om de trein te halen. Maar het was weer een
bijzonder mooie ochtend en voor je het weet blijf je aan het
fotograferen.
* In sneltreinvaart een
overzichtje....
Aldus geschiedde. Uiteindelijk kwamen
we in de richting van Glenfinnan viaduct. Deze was klaarblijkelijk
wereldwijd bekend geworden door de Harrie Potter films. In
inderdaad zagen we de nodige Aziatische mensen in groepjes de
viaduct bekijken. Maar het was te overzien.
Op navraag bij het Glenfinnan Station Museum was het de laatste
jaren 's zomers een gekkenhuis. De infrastructuur voldeed niet meer
en men parkeerde de auto's overal en nergens. Typisch dat iets zo
bekend kan worden en dan ook bezocht wordt als het één keer in een
film is verschenen.....
Op weg naar Fort William met de bulk
van Ben Nevis in de verte.....
Wij namen om 11.10 de trein richting
Fort William om daar nog even wat rond te kijken en een hapje te
gaan eten. We hadden de bus van 15.00 gepland terug naar Inverness
dus dat gaf ons nog wat tijd. Door het mooie weer was de
treinreis ook van een grote schoonheid. Helaas waren de ramen nogal
vuil zodat er van (mooie) foto's maken niet veel kwam. Wat wel de
aandacht trok was de bulk van Ben Nevis. Ik was al best wel vaak in
FW geweest maar zo had ik de Ben Nevis nog niet gezien.
Dit was gevoelsmatig een heel mooi afscheid van de bergen van de
Schotse Hooglanden.
We hopen dat u genoten heeft van
dit relaas over onze tocht door dit deel van de Scottish
Highlands
Mocht u iets willen weten of een
reactie willen geven op dit verslag dan kunt u dit doen
via
Contact
Met
vriendelijke groeten,
Eduard Camping - Travellers & René
Timmermans -
MoreTravelBooks
Deze zal variëren naar gelang in welk seizoen je onderweg bent.
Kampeeruitrusting:
* Rugzak : 65
- 85 liter - afhankelijk van hoeveel dagen je zelfverzorgend
onderweg wilt zijn en de rugzak dient het gewicht op de heup te
kunnen dragen.
* Tent : Geschikt voor 4 seizoenen. Veelal kom je dan uit op een
geodetisch model dus een tent met meervoudig kruisende stokken.
* Slaapzak: Geschikt voor de tijd van het jaar en wat in staat is
om te functioneren tijdens langdurige vochtige omstandigheden.
* Slaapmat : Moet een goed isolerend vermogen
hebben
Keukengerei:
* Brander : Kan
zowel een gas- als benzinebrander zijn
* Brandstof : zorg voor ruim voldoende hiervan
* Pan(nen) : Praktisch is dat je maaltijden kunt bereiden met één
pan.
* Waterfles(sen)
* Bestek en zakmes
* Eten en drinken : zorg voor voldoende calorieën - 2800 tot
3500 Kcal, afhankelijk van het jaargetijde. Het water in de hoger
gelegen delen van de Highlands hebben we zonder problemen zo
gedronken. Zit je lager en er is vee in de buurt (of bij twijfel)
dan dien je het water te koken of te filteren (deze pakken geen
virussen mee !)
Schoeisel:
* Wandelschoenen :
Bij voorkeur B of BC categorie wandelschoenen met GTX.
TIP: Neem een paar extra inlegzolen mee.
Deze wegen weinig en mochten de schoenen toch een keer nat zijn dan
sta je de volgende ochtend in ieder geval op droge
binnenzooltjes.
* Crocs: Of iets wat vergelijkbaar is. Deze zijn licht en praktisch
voor gebruik in een Bothy maar met een extra strap om de hak voor
fixatie ook goed te gebruiken om rivieren over te steken.
* Gamaschen : je kunt feitelijk niet zonder. Mijn persoonlijke
voorkeur gaat uit naar Berghaus Yeti gaitors die de gehele schoen
omsluiten. Deze zijn echter niet goedkoop.
Kleding:
* Buitenjas:
Waterdicht, ademend (GTX, Event) en geschikt om een zware rugzak
op te dragen. Niet alle jassen kunnen daar tegen.
* Regenbroek : Waterdicht, ademend (GTX, Event of vergelijkbare
materialen) Het kan voor komen dat je de hele dag de broek aan
hebt. Bij voorkeur 3-laags en met doorlopende ritsen. Je kunt dan
je broek gemakkelijk(er) aantrekken en je kunt ventileren.
* Wandelbroek : sneldrogende materiaal
* Shirts : sneldrogend materiaal - ik heb zelf altijd één met lange
mouw en één met korte mouw bij me.
* Onderbroek : sneldrogend materiaal - ik heb zelf 2 boxershorts en
één lange onderbroek bij me. Deze laatste is te gebruiken als broek
direct onder de regenbroek, als extra isolatie bij koude en/of als
pyama broek.
* Tussenlaag : Fleece of 200 grams Merino wollen shirts Lange Mouw
- (RAB, Icebreaker)
* Isolatiejas : Dons of Primaloft jacket - Bijzonder prettig 's
avonds in een koude Bothy.
* Sokken : Gemengd of wollen wandelsokken - 2 of 3 paar.
* Muts
* Handschoenen : Één paar waterdichte en één paar fleece of
vergelijkbare handschoenen.
* Nekgaitor : Buff oa.
Accessoires:
* Wandelstokken :
voor balans en ook praktisch voor het oversteken van rivieren en
natte gebieden
* Nooddeken
* Fluit : tbv Alpine noodsignaal
* Hoofdlamp en reserve batterijen
* Waterdichte hoezen : je kunt één waterdichte hoes van plusminus
80 liter in je rugzak doen (of 2 vuilniszakken in elkaar stoppen),
dan is alles meteen waterdicht verpakt of je pakt je spullen in
meerdere waterdicht hoesjes.
* Regenhoes voor rugzak : deze dient goed aan te
sluiten. TIP : als de hoes ook om
de onderkant van je rugzak gaat sla hier dan een slagring in, mocht
er water achter je regenhoes waaien dan kan het weg. Tevens is het
raadzaam om er voor te zorgen dat je de hoes op meerdere plekken
aan de rugzijde van de rugzak kunt afspannen zodat wind er
minder vat op kan krijgen.
* Waterdichte documententas
* 2 meter Duct tape : voor tijdelijke reparaties
* Topokaarten en wandelgids
* Kompas
* GPS
* Pen en Papier
* Mobiel : Note: in de Highlands is er vrijwel geen bereik !
* Toiletartikelen
* Toiletpapier
* Waxinelichtjes of kaarsen
* Fotocamera + waterdichte hoes of tas
Kijkend naar deze lijst dan hebben wij hiervan praktisch alles gebruikt.
Bothy
code
Willen wij allen ook nog in de toekomst gebruik
kunnen maken van deze faciliteiten dan is het noodzakelijk om
bepaalde regels te hanteren. We hebben hieronder de Bothy code
geplaatst.
The Bothies maintained by the MBA are available by courtesy of the owners. Please respect this privilege.
Please record your visit in the Bothy Log-Book.
Note that bothies are used entirely at your own risk
Respect Other Users
Please leave the bothy clean and tidy with dry kindling for the next visitors. Make other visitors welcome and be considerate to other users.
Respect the Bothy
Tell us about any accidental damage. Don’t leave graffiti or vandalise the bothy. Please take out allrubbish which you can’t burn. Avoid burying rubbish; this pollutes the environment. Please don’t leave perishable food as this attracts vermin. Guard against fire risk and ensure the fire is out before you leave. Make sure the doors and windows are properly closed when you leave.
Respect the Surroundings
If there is no
toilet at the bothy please bury human waste out of sight. Use the
spade provided, keep well away from the water supply and never use
the vicinity of the bothy as a toilet.
Never cut live wood or damage estate property. Use fuel
sparingly.
Respect Agreement with the Estate
Please observe any restrictions on use of the bothy, for example during stag stalking or at lambing time. Please remember bothies are available for short stays only. The owner’s permission must be obtained if you intend an extended stay.
Respect the Restriction On Numbers
Because of over crowding and lack of facilities, large groups (6 or more) should not use a bothy. Bothies are not available for commercial groups.